
De beleefde rebel: herinneringen aan Desi Truideman
| starnieuws | Door: Redactie
In een wereld waar steeds meer schreeuwers komen, zijn er gelukkig ook mensen die niet hard hoeven te praten om indruk te maken. Désiré Albert Truideman – voor iedereen gewoon Desi –
was zo iemand. Als ik aan Desi denk, komen de woorden kalm, correct en beleefd in me op. Truideman koos zijn woorden zorgvuldig. Het was geen masker, absoluut niet - maar wie goed keek, zag achter dat keurige voorkomen een man met een ondeugende lach en een hart vol verhalen. Helaas is zijn laatste verhaal afgelopen.Desi was een man van taal. Een journalist pur sang, iemand die het nieuws niet alleen las, maar het ook voelde. Zoals het een goede journalist betaamt, nam Desi zijn werk mee naar huis, waardoor zijn woning soms meer op een redactiekantoor leek, met overal
kranten: op tafels, stoelen en in kasten. Desi las ze allemaal drie keer. “De eerste keer voor de feiten, de tweede voor de fouten, en de derde om te zien wat er níét staat,” zei hij dan met dat typerende glimlachje.Hij geloofde in kennis als kracht, maar ook als plezier. In zijn tijd als directeur van het Cultureel Centrum Suriname (CCS) zorgde hij ervoor dat boeken nooit stof verzamelden. Hij bracht literatuur mee naar huis en deelde titels uit aan iedereen die lezen wilde. Van klassieke romans tot stripverhalen - alles was goed, zolang er maar gelezen werd. Desi stond voor cultuur zonder snobisme en intellect zonder afstand.Zijn roepingIeder mens heeft een roeping. In het geval van Desi was dit zonder twijfel zijn werk. Als redacteur bij onder meer De West, De Ware Tijd, Dagblad Suriname en Times of Suriname was hij altijd bezig met woorden. En wie ooit met hem samenwerkte, weet hoe hij kon discussiëren over een komma of kopregel. Hij bezat de zeldzame combinatie van de kritische journalist met menselijke mildheid. Je kon het met hem oneens zijn, maar nooit kwaad op hem worden.Denk overigens niet dat Desi in zijn werk verdronk. Hij had een leven vol rituelen. Op zondag stapte hij vaak in de auto, zijn kinderen op de achterbank, en reed hij naar Zanderij, Commewijne of Saramacca. Geen groot plan of de haast van een naderende deadline, maar gewoon de weg, de lucht en de muziek. En steevast een ijsje bij Alegria als slotakkoord. Wie hem toen zag, zag geen directeur of journalist, maar een vader die genoot van eenvoud.HumorHumor was zijn geheime wapen. Hij kon met een grapje elke spanning breken, een kamer vullen met warmte. En hij was charmant - onweerstaanbaar charmant. Altijd verzorgd, met een eeuwige glimlach. Dansen deed hij nooit - “ik laat dat over aan mensen met ritme,” grapte hij - maar muziek was zijn grote liefde. Zijn stereo-installatie was zijn trots, met boxen die bijna groter waren dan de stapel kranten.Kerst was zijn hoogtepunt van het jaar. Zijn huis was dan een verzamelplaats van familie, vrienden en toevallige voorbijgangers. De oude kerstboom, die eigenlijk al jaren met pensioen had gemoeten, kwam weer tevoorschijn. “Traditie is geen decoratie,” zei Desi. “Het is herinnering.” De geur van pom, bruine bonen en patat met bout van KFC vulde het huis. En ergens op tafel stond altijd een ijskoude cola, zijn vaste gezel.Eeuwige metgezellenDesi was ook een hondenman. Dobermanns en herders waren zijn favorieten. Er was altijd een trouwe viervoeter in zijn buurt, als stille metgezel in zijn rustmomenten. En als iemand hem vroeg naar zijn favoriete eten, zei hij zonder aarzelen: ‘pindasoep’. Eenvoudig, stevig, precies zoals hijzelf.Wat velen niet wisten, was dat hij op latere leeftijd zijn master en PhD behaalde in journalistiek en communicatie. Terwijl anderen dachten aan pensioen, dacht Desi aan groei. Leren was voor hem geen fase, maar een levensstijl. “Je stopt pas met leren als je stopt met ademen,” zei hij eens in een lezing. En hij meende het.Zijn loopbaan was indrukwekkend: voorzitter van de Associatie van Surinaamse Fabrikanten, directeur van CCS, lid van De Nationale Assemblée, medewerker bij STVS, en docent aan de Academie voor Hoger Kunst- en Cultuuronderwijs. Maar wie hem kende, weet dat hij nooit pronkte met titels. Hij bleef gewoon Desi.Elegantie ten topWat mij het meest bijblijft, is zijn beleefdheid. In een tijd waarin haast en hardheid de toon zetten, bleef hij altijd correct en hoffelijk. Zelfs zijn grapjes waren elegant. En toch zat ergens onder dat rustige oppervlak een rebel verstopt. Iemand die geloofde in de kracht van woorden, in de waarde van cultuur, in de vrijheid van denken.Desi Truideman was meer dan zijn functies of prestaties. Hij was een vader, een lezer, een levensgenieter. Een man die liet zien dat beschaafd zijn niet hetzelfde is als afstandelijk zijn. Dat humor en ernst elkaar kunnen omarmen.Hij is er niet meer, maar in elk krantenartikel, boek of goed gesprek leeft iets van hem voort. Desi zal nooit verdwijnen, maar blijft tussen de regels.R.F.N. Bouterse
| starnieuws | Door: Redactie