
Column: Ivan Fernald en de ironie van de democratie
| starnieuws | Door: Redactie
Ivan Fernald stapte in juli, na een kwart eeuw, met pijn in het hart en om principiële redenen uit de Nationale Partij Suriname (NPS). Zijn belangrijkste verwijt: het gebrek aan interne democratie. Al jarenlang wordt de partij volgens hem gedomineerd door een kleine elite die besluiten neemt zonder echte inspraak van de leden. Het partijcongres, statutair het hoogste orgaan, is in de praktijk niet meer dan een rituele bevestiging van reeds genomen besluiten.
Voor Fernald betekende dat sinds 2012 systematische uitsluiting: geen podium op massameetings, geen kans op een ministerspost voor zijn vakgebied onderwijs, en driemaal gepasseerd voor een plaats op
En zie daar: nog geen twee maanden later draagt dezelfde NPS, bij monde van voorzitter Gregory Rusland, hem voor als ambassadeur in Guyana. Is de democratie in de partij plotseling hersteld? Of gaat het om een puur politieke zet, een handreiking van Rusland om een criticus en zijn aanhang te neutraliseren en tegelijk zijn eigen positie te versterken? Of heeft Fernald te vroeg zijn tranen de vrije loop gegeven?
Rusland heeft de 'structuren' van de partij wel geïnformeerd, maar dit is geen consulteren. Was er breed overleg, of werd het besluit simpelweg meegedeeld? De
Daarbij komt een ander pijnlijk contrast. Fernald's deskundigheid ligt bij onderwijs. Hij werkte decennialang aan hervormingen, publiceerde boeken, artikelen en analyses over de toekomst van het onderwijs. Toch werd hij in 2005 niet minister van Onderwijs, maar van Defensie – een keuze die meer ingegeven leek door partijpolitiek dan door inhoudelijke logica. Vandaag beheert de NPS weer het ministerie van Onderwijs, maar Fernald wordt naar Georgetown gestuurd als ambassadeur.
De voordracht van Rusland moet in perspectief worden geplaatst. Buitenlands beleid ligt immers primair in handen van president Jenny Simons en minister Melvin Bouva, beiden NDP. Hun handtekening is doorslaggevend. De NPS kan voordragen, maar de uiteindelijke beslissing ligt elders. Fernalds kandidatuur lijkt dus eerder een politiek gebaar van Rusland binnen de coalitie dan een logische diplomatieke keuze.
De post in Georgetown is bovendien geen sinecure en het gaat niet alleen om oil & gas. De spanningen rond het Essequibo-gebied tussen Venezuela en Guyana lopen hoog op en kennen nu nieuwe escalaties. De VS heeft zich aan de zijde van Guyana geschaard, terwijl olierijk Venezuela fel vasthoudt aan zijn claim. Daarbovenop komen de geopolitieke belangen van grootmachten als de VS, China en Rusland.
Voor Suriname, dat geografisch én historisch nauw verweven is met beide landen, betekent dit een uiterst gevoelige diplomatieke positie. De ambassadeur in Georgetown moet laveren tussen solidariteit met de Caribische regio, behoedzaamheid richting Venezuela en de bescherming van Surinaamse belangen. Het is geen post om te benijden, maar wel één die veel politieke behendigheid vereist.
De kernvraag blijft: wat is er werkelijk veranderd binnen de groene partij sinds Fernalds vertrek? Heeft de NPS zichzelf hervormd, is de interne democratie hersteld, of zien we slechts een strategische manoeuvre van de voorzitter? En wat zegt deze benoeming over de waardering van deskundigheid in de Surinaamse politiek, waar een onderwijsman Defensie kreeg en nu diplomaat wordt in een brandhaard van geopolitieke spanningen?
Fernald zelf benadrukt dat het aanbod “onconditioneel” is gedaan en dat dit zijn terugkeer naar Grun Dyari niet betekent. En waarom zegt Fernald niet gewoon dat hij 'ja' heeft gezegd en graag zijn land in het buitenland wil dienen? Maar de vraag blijft hangen: is dit de nyun pasi of de las’ pasi van moraal en ethiek.
Nita Ramcharan
| starnieuws | Door: Redactie